College van B&W der Gemeente Amersfoort

T.a.v. de Burgemeester, mevrouw A. van Vliet-Kuiper

Stadhuisplein 1

3811 LM Amersfoort

Amersfoort, 10 oktober 2003

Geachte mevrouw van Vliet-Kuiper,

Op grond van artikel 37 Reglement van Orde voor de Raad, wil de Burger Partij Amersfoort ( BPA ) graag de volgende vragen aan het college van B&W stellen.

Op 24 september jl. stelde de BPA al vragen over het evt. sluiten van de ISA winkel in Kattenbroek. Echter na het vertrek van de SWA is er geen politiemedewerker meer in de ISA winkel aanwezig geweest.

Ook heeft de BPA nadere informatie ontvangen over het "instituut" Wijkagent, die we graag met de verantwoordelijke portefeuillehouder wensen te verifieren.

1. Zo zou de wijkagent van Hooglanderveen ruim een half jaar toegewezen zijn geweest aan een regionaal opsporingsteam en nadat hij daarvan was teruggekeerd kreeg dezelfde persoon een ongeval en is hij thans al meer dan een half jaar niet in het dorp Hooglanderveen geweest. Met andere woorden deze wijkagent is dus nu praktisch één jaar afwezig geweest in Hooglanderveen.
2. Er zouden thans, 10 oktober 2003, in geheel Amersfoort in totaal 11 vacatures zijn voor de functie van Wijkagent bij de Politie Eemland-Zuid.

Dit alles betekent in de praktijk dat er 11 wijken zonder wijkagenten draaien terwijl de z.g. Noodhulp / Surveillancedienst absoluut geen tijd, nog de mogelijkheden hebben, om deze taak van Wijkagent er in de dagelijkse hectiek erbij te nemen

1. Is het College van bovengenoemde situatie, de Wijkagent in Hooglanderveen is praktisch één jaar afwezig, op de hoogte?
2. Is het College ook van bovengenoemde situatie, elf vacatures bij de Wijkagenten bij de Politie Eemland-Zuid in de diverse wijken, op de hoogte?
3. Is het College met de BPA van mening dat de Wijkagent essentieel is voor de laagdrempelige oren en ogen in de wijk? En zo ja waarom, en zo nee waarom niet?
4. Is het College bereid om op zeer korte termijn de hoogste prioriteit te geven aan de invulling van deze 11 vacatures van de ontbrekende Wijkagenten?
5. Is het College bereid er tevens bij de Korpsleiding op aan te dringen dat de Wijkagenten in het algemeen sneller vervoer tot hun beschikking krijgen om snel en adequaat hun werk te kunnen doen i.p.v met de fiets vanaf het Hoofdbureau Amersfoort Centrum te komen, waardoor veel kostbare tijd verloren gaat?
6. Hoe staat het met de nadere invulling van de Politiepost, de ISA winkel in Kattenbroek, is hier al enig nieuws over te melden?
7. Heeft het College de BPA suggestie om tot de plaatsing van een z.g. Politiecontainer te komen ( a la Den Haag ) al door gesproken met de Korpsleiding ?

In afwachting van uw spoedige schriftelijke beantwoording,

Namens de Burger Partij Amersfoort ( BPA ),

Sjoerd Geurtz, buitengewoon commissielid

Hans van Wegen, gemeenteraadslid.

_____________________________________________________________________

ANTWOORD van burgemeester en wethouders (verzonden d.d. .04-11-2003).

_____________________________________________________________________

De meeste vragen van de BPA betreffen vragen over de reguliere bedrijfsvoering van de politie. Daar gaat het college niet over en daar gaat zelfs de burgemeester niet over.

De verdeling van verantwoordelijkheden tussen bevoegd gezag en politie is een gecompliceerd onderwerp en voor de interne organisatie en bedrijfsvoering van de politie geldt hetzelfde.

De politie van het district Eemland Zuid heeft het aanbod gedaan een presentatie te geven aan alle raadsleden die daaraan deel willen nemen over de gang van zaken binnen de politie en de verdeling van de bevoegdheden. Een dergelijke presentatie zou een bijdrage kunnen leveren aan een voor alle betrokkenen betere afhandeling van vragen die bij raadsleden over de politie leven en zou bijvoorbeeld gecombineerd kunnen worden met een bezoek aan het nieuwe politiebureau. Als u en andere raadsleden daar prijs op stellen horen we dat graag en kan de politie ergens in januari/februari 2004 een dergelijke bijeenkomst/excursie organiseren.

In het Integraal Veiligheidsprogramma Kiezen voor Veiligheid wordt een onderscheid gemaakt naar een doelgroepgerichte en een gebiedgerichte aanpak. Bij de gebiedgerichte aanpak spelen – naast veel andere actoren – de wijkagenten en de noodhulp van de politie een belangrijke rol. Daarbij moet wel worden vermeld dat de verdeling van de wijkagenten niet één op één loopt met de gemeentelijke wijkindeling. Het kan voorkomen dat een agent meerdere wijken onder zich heeft. Er is overigens wel altijd sprake van een gegarandeerde minimale invulling noodhulp en wijkagenten. Er is dus altijd een aanspreekpunt in de vorm van een wijkagent.

1. Ondanks het feit dat het hier de reguliere bedrijfsvoering van de politie betreft, is het college hiervan op de hoogte, maar (zie boven) er is altijd een aanspreekpunt en in noodzakelijke vervanging is altijd voorzien. Dat is de afspraak met de politie en daarin wordt volgens de politie ook voorzien.
2. Er zijn geen 11 vacatures (zo leerde navraag bij de politie ons); het werkelijk aantal vacatures varieert natuurlijk enigszins in de tijd, maar ligt thans op 2 à 3.
3. Het college heeft in Kiezen voor Veiligheid de nadruk gelegd op een gebiedgerichte aanpak – naast de doelgroepgerichte aanpak. Daaruit mag het belang blijken dat het college hecht aan een wijkgerichte aanpak en daarin past ook de wijkagent.
4. Zie 2.
5. Het college heeft geen rechtstreekse invloed op de bedrijfsvoering van de politie.

 

6. Er zijn wel degelijk regelmatig politiefunctionarissen aanwezig in de ISA winkel. Tijdens de reguliere openingstijden is de ISA winkel altijd bemenst. Voor de volledigheid merken we ook hierop dat de bemensing van de winkel gerekend wordt onder de bedrijfsvoering van de politie.
7. De BPA heeft deze suggestie gedaan in de commissie BES waarbij ook de districtschef Eemland Zuid aanwezig was. De suggestie is dus bij de politie bekend. Het college heeft geen directe bemoeienis met de huisvesting van de politie. Ook dat betreft de reguliere bedrijfsvoering van de politie zelf.